Podcast 80 jaar bevrijding Ureterp - Jille Laanstra
Jille Laanstra
Geboren in Drachtstercompagnie op 27 mei 1936
88 jaar
Toen de Tweede Wereldoorlog begon, was ik vier jaar oud. Ik zat op de lagere school. Er vlogen regelmatig gevechtsvliegtuigen over ons heen. Als dat gebeurde, hoorde en voelde je ’s nachts het gedreun van bommen. Urenlang. Zodra de vliegtuigen terugkeerden, vroegen we ons af hoeveel er nog over zouden zijn. Het was een gevaarlijke tijd.
Op een middag stonden mijn moeder en ik in de tuin. We zagen vijf vliegtuigen in de lucht. Eén daarvan week af van de rest. Het toestel ging omlaag en stortte neer bij de Jankedobbe. Voor mijn ogen. Dat moment staat nog op mijn netvlies.
Niet veel later stuurde de hoofdmeester ons plotseling naar huis. Hij zei: “Inpakken, wegwezen. Verspreiden.” Boven de compagnie vond op dat moment een luchtgevecht plaats tussen Engelse en Duitse vliegtuigen. Er werd vaak gepraat over wat er kon gebeuren tijdens zo’n vuurgevecht. Ik was zo bang als wat.
Vanaf 1943 begon de oorlog echt als oorlog te voelen. Dat jaar begon de jacht op onderduikers. In Drachtstercompagnie zaten veel mensen ondergedoken. Joden, maar ook verzetsstrijders en communisten. De laatsten bleven meestal kort. Joden hadden langere tijd onderdak nodig.
Tijdens de oorlog hoorde ik het verhaal van een jongen die vroeg of hij mocht onderduiken bij De Tyne. Salo Muller was één jaar ouder dan ik. Hij zat tijdens de oorlog onder de vloer bij een man genaamd Heddema. Daar heeft hij zich jarenlang verborgen moeten houden.